Kunnen Jeremy Sanders
burgemeester van Antwerpen en Bernie Corbyn premier van België worden?
(En waarom dat voor iedereen
goed zal zijn)
Hoe wilder
de de conservatieve rechterzijde in
Europa om zich heen trapt met ondemocratische en asociale maatregelen, hoe
minder ze kan verbergen dat ze eigenlijk aan het spartelen is om aan de macht
te kunnen blijven. Meer en meer tekenen wijzen er op dat rechts symbool staat
voor chaos en achteruitgang. Dit is het moment voor Links, niet om het systeem
over te nemen en door oplapwerk zijn doodstrijd te verlengen, maar om het
systeem te veranderen. Het is tijd voor ‘een politieke revolutie’. Voor het
welzijn van de grote meerderheid van de mensen en voor de zeer dringende
ecologische omslag, die nodig is om onze planeet leefbaar te houden, moeten de
progressieve krachten nù de handen in elkaar slaan om een nieuwe en betere
samenleving te bouwen.
Dat is wat
wij willen, dat en niets minder.
1. Zijn de dagen van het neoliberalisme geteld?
Het
kapitalistische economische wereldsysteem botst meer en meer op zijn limieten:
het put de aarde in steeds sneller tempo uit en het verscheurt samenlevingen
over de gehele wereld. De diepgaande
crisis die zich op wereldvlak vertoont, wijst
op een historische omenteling: een wereldsysteem dat op zijn einde
loopt. De omslag naar een nieuw systeem stelt op dit ogenblik reeds grote
uitdagingen. De neoliberale recepten,
onder het motto “er is geen alternatief”, geven geen antwoord op die
uitdagingen. Integendeel, de toepassing van die recepten diept de crisis verder
uit en geeft geen uitzicht op een leefbaar toekomstperspectief.
De
conservatieve regeringen in Europa en elders grijpen steeds meer naar radicale anti-democratische
maatregelen om het wankelende systeem recht te
houden. De burgerlijke vrijheden, worden onder het mom van ‘veiligheid’
steeds verder afgebroken. Het gaat hen echter niet om veiligheid,maar om het
realiseren van een economische agenda ten dienste van de kleine toplaag van
geldbezitters. Het gaat om steeds meer besparingen op de kap van de meerderheid
van de bevolking, belastingmaatregelen in het voordeel van de
grootgeldbezitters, afbouwen van de sociale verworvenheden, die door lange strijd
van de arbeidersbeweging zijn opgebouwd. Tegelijk wordt de basisdienstverlening
van de overheid steeds verder afgebouwd.
We kunnen
er ook niet om heen dat een groot deel van de bevolking zich heeft afgekeerd
van de bestaande politieke vertegenwoordiging. Dat is niet verwonderlijk. Het
politieke bedrijf is steeds meer vervreemd van het werkelijke leven, dat de
werkende mensen leiden. De politieke wereld is steeds meer gaan functioneren
volgens een logica waarbij het veroveren en vasthouden van machtsposities, het
plooien naar de wensen van de kapitaalbezitters en daarbij ook nog persoonlijke
verrijking voorrang hebben gekregen op het uitvoeren van het mandaat waarvoor
men verkozen werd. Een gevolg is de opmars van uiterst rechts populisme, dat op
de golven van het dreigende faillissement van een politiek systeem, de
democratie ten grave wil dragen.
Het is hoog
tijd is voor een alternatieve aanpak, ten dienste van de meerderheid van de
werkende mensen. De hoop moet herleven dat er hier en op wereldvlak een nieuwe samenleving
kan worden opgebouwd, die tegelijkertijd meer rechtvaardig is dan degene die we
nu kennen en die ervoor zorgt dat de aarde op een duurzame ecologische manier
wordt beheerd.
Om dat te
bereiken, moeten de progressieve krachten zich hier en elders in de wereld
verenigen achter een maatschappelijk project dat een nieuwe wereld vorm geeft.
Dat project moet een antwoord bieden op de chaos, die op dit ogenblik leidt tot
ecologische rampen, oorlogen, ongecontroleerde migratiestromen, steeds grotere
ongelijkheid en steeds grotere morele ontreddering. Nu is het tijd om vorm te
geven aan een hoopvol project, dat klaar en duidelijk stelt dat we aan een
nieuwe duurzame en meer egalitaire samenleving moeten werken. Daarmee kunnen we
een beweging op gang brengen, die sterk genoeg is om een betere wereld te
verwezenlijken.
Als we erin
lukken een dergelijk project vorm te geven, dan zijn de dagen van het
neoliberalisme inderdaad geteld.
2. Politieke revolutie, een politiek
project voor links en hoe het te organiseren
De politieke revolutie die we willen
en die een eind moet maken aan de neoliberale wanorde, is van
radicaal-democratische aard. Zij heeft tot
doel de almacht van ‘big business’ te doorbreken en ervoor te zorgen dat de
overheid en het gevoerde beleid ten dienste staan van de bevolking. Dat is wel
degelijk een revolutie, een ‘omwenteling’ omdat die tot doel heeft de
democratie uit te diepen door ze radicaal te vernieuwen. Daarvoor zullen
uiteindelijk ook nieuwe instellingen en spelregels nodig zijn, die de burgers
meer macht geven waardoor het politiek bestel niet meer op zichzelf draait maar
rekenschap moet afleggen en op zeer regelmatige basis wordt gecontroleerd. Dat
betekent ook dat vormen van rechtstreekse democratie een wezenlijk onderdeel
van de politieke beslissingsmacht worden.
Verkozen vertegenwoordigers moeten ook verantwoording kunnen afleggen en
afzetbaar zijn, wanneer ze niet voldoen.
Een politiek mandaat mag niet langer een vrijgeleide zijn tot
zelfverrijking, door onder andere een bovengrens inzake bezoldiging en een
verbod op cumul.
Er is nog een lange weg te gaan, maar de eerste overwinningen zijn geboekt
en we kunnen er al heel wat uit leren over hoe het nu verder moet. De beweging
rond Bernie Sanders deed iets wat tot voor kort voor onmogelijk werd gehouden: in
de VS op een paar maanden tijd een massabeweging uitbouwen rond een programma
dat zich socialistisch noemt. Onder het voorzitterschap van Jeremy Corbyn
herleefde niet alleen de Labour Party, maar is links in het Verenigd Koninkrijk
op weg om de conservatieven te verslaan. In Portugal bewijst een linkse
regering dat kan worden afgestapt van de besparingslogica. In Spanje worden de
grote steden in handen genomen door basisbewegingen die samen met Podemos, een
politieke beweging die vanuit de basis is ontstaan, vorm geven aan een grote
linkse politieke stroming die ook de socialistische partij er meer en meer toe
dwingt een linksere koers te varen. Vanuit een verloren positie wist Jean Luc
Mélenchon in Frankrijk met 7 miljoen stemmen bijna de tweede ronde van de
Franse presidentsverkiezingen te halen, ook alweer dank zij een massale
mobilisatie rond een links en ecologisch programma.
Deze voorbeelden
leren ons een aantal belangrijke zaken, waarop we kunnen voortbouwen.
Ten eerste
loont het om duidelijk te zijn. Een politiek programma dat niet de hemel op
aarde belooft, maar dat duidelijk zegt wat moet gezegd worden is een voorwaarde
voor succes. Niet rond de pot draaien: er is wel een alternatief voor de
neoliberale recepten van verarming en ecologische rampen. Maar dat alternatief
vereist een politieke revolutie, een omkering van de belangen. De Labourcampagne gebruikte de slogan ‘for the many, not the few’. De
neoliberale politiek, die louter ten dienste staat van de belangen van een
(steeds kleinere) groep van superrijken, moet worden vervangen door een sociale
politiek die de belangen van de grote massa van werkende mensen verdedigt. Het bewijs is geleverd dat de boodschap van
een dergelijke politieke ommekeer grote massa’s kan mobiliseren.
Maar een goede boodschap is niet genoeg. Rond dat programma
moet ook een politieke organisatie worden gebouwd. Wat eerst Sanders in de
Verenigde Staten en later Corbyn in Groot Britannië hebben duidelijk gemaakt,
is dat traditionele politieke partijen slechts een rol van betekenis kunnen
spelen als ze steunen op een brede beweging van onderuit. De strategie die de
Sanders campagne huldigde wordt “big organizing”[1]
genoemd en komt erop neer dat de basis zichzelf organiseert, om eendrachtig
achter een groots project te staan. Terwijl vroeger politieke campagnes van
bovenaf werden gedirigeerd en partijmilitanten klaar moesten staan om die
campagne op straat te voeren, groeit de campagne, rond een aantal gezamenlijke
doelstellingen van onderuit. Waar het
eigenlijk op neer komt is dat een politieke revolutie veel meer mensen nodig
heeft dan de klassieke partij-aanhang. Alleen door massaal veel mensen te mobiliseren
is het voor links mogelijk om ook veel kiezers te overtuigen om voor links, en
dus voor de politieke revolutie te stemmen.
Dat is de derde les. Zowel Sanders als Corbyn moesten
optornen tegen een in woorden uiterst gewelddadig offensief van de grote
mediaconcerns, die alle in handen zijn van grote kapitaalgroepen. Die speelden
voluit hun rol als stoottroepen van het systeem, door de linkse kandidaten zoveel
mogelijk in het verdomhoekje te plaatsen. Dat is uiteindelijk niet echt gelukt,
precies omdat zowel Sanders als Corbyn gebruikmaakten van de macht van het
getal. Door veel mensen te mobiliseren, konden ook veel kiezers persoonlijk
worden overtuigd. En dat het om veel mensen ging, bleek op de massale toestroom
op de verkiezingsmeetings, zowel bij Sanders als bij Corbyn (en later ook bij
Mélenchon in Frankrijk). Zo werd ook het bewijs geleverd dat links in een door
het grote geld gedomineerd medialandschap kan winnen. Als men maar genoeg
mensen mobiliseert.
De kiemen
voor een politieke revolutie zijn dus gelegd. De kans dat ze ook verder tot
bloei komen is reëel. Maar het zal niet vanzelf gaan, want de tegenstander is
sterk. Het is ook een race tegen de klok. We hebben niet veel tijd meer om de
democratie te vrijwaren, de opwarming van de aarde in bedwang te houden,
internationale chaos en oorlogen terug te dringen.
3.
Van Antwerpen tot de Wetstraat
Ondertussen is in België en Vlaanderen rechts aan de macht.
Wat dat betekent, ondervindt iedereen die niet bovenaan de maatschappelijke
ladder staat, elke dag. Besparingen tasten steeds verder de openbare
dienstverlening aan. Privatiseringen zorgen voor prijsstijgingen en op termijn
voorminder dienstverlening. Als belastingen worden hervormd, is dat grotendeels
in het voordeel van degenen die veel bezitten. Grote bedrijven betalen weinig
tot nauwelijks belastingen. Belastingverlagingen voor doorsnee gezinnen worden
geneutraliseerd want de bijdragen die moeten betaald worden voor fundamentele
diensten gaan stelselmatig omhoog. De sociale zekerheid staat steeds meer onder
druk. De pensioenleeftijd wordt verhoogd en geneesmiddelen worden duurder.
Werkloosheid wordt zogezegd bestreden met steeds meer slechtbetaalde flexi-jobs
met een onzeker statuut. Ondertussen komen steeds meer mensen in armoede
terecht. Tegelijkertijd is de zorg voor het leefmilieu een lachertje. Als er
geld mee gemoeid is, worden groene ruimte en natuurgebieden, zonder meer
opgeofferd. Door het openbaar vervoer te verwaarlozen, worden de files steeds
langer en de lucht meer vervuild.
Ook hier wordt het steeds meer duidelijk dat het niet langer
zal volstaan om hier en daar wat bij te sturen. Ook bij ons zal definitief
moeten worden afgestapt van de neoliberale politiek, en is er een werkelijke
omslag, een politieke revolutie nodig.
De moedeloosheid die bij veel progressieve mensen heerst,
dat het systeem toch niet kan worden vervangen door een meer democratische en
ecologische samenleving, is onterecht. Zelfs in een politiek landschap dat zeer
versnipperd is, zijn de linkse partijen samen goed voor minstens 25 percent van
de stemmen in Vlaanderen en zeker 30 percent op het nationale niveau. Dat is
inderdaad te weinig, en bovendien moet dat resultaat gedeeld worden onder
minstens drie partijen, die electoraal in dezelfde vijver vissen. Dit aantal
blijft ook verkiezing na verkiezing min of meer stabiel. De verdeelde slagorde
van de progressieve partijen, is medeverantwoordelijk voor het aan de macht
blijven van de rechterzijde.
Het grote probleem is dat de partijen ter linkerzijde –
sp.a, Groen en PvdA – zich nog teveel op zichzelf terugtrekken. Het
partijbelang wordt over het algemeen nog altijd boven het algemeen belang van
de linkerzijde, als vertegenwoordiger en verdediger van de belangen van de
gewone mensen, gesteld. Ook schort er wat aan strategische keuzes bij zowel
Groen als de sp.a, waarbij men de deur te allen tijde wil openhouden naar
coalities met rechtse partijen, waarbinnen ze hoe dan ook een
minderheidspositie zullen bekleden. Met als gevolg dat het regeringsbeleid dat
daaruit voortkomt, opnieuw oude koek zal zijn: hier en daar een kleine sociale
of ecologische bijsturing, maar geen breuk met het neoliberale systeem. Het is
dit soort coalities dat progressieve en linkse partijen in heel Europa in crisis
hebben gebracht.
Als links samen zou optrekken, komt er een mobiliserende
dynamiek op gang. Als we uitgaan van een potentieel van minstens 30 percent van
de stemmen, dan is dat is op zich al genoeg om de leidende politieke kracht te
worden, zowel Vlaams als federaal.
Maar daar zijn we nog niet aan toe. Er valt te vrezen dat
bij de volgende electorale veldslagen, de linkse en progressieve partijen
eerder elkaar zullen bekampen, omdat ze zich op hetzelfde electoraat richten,
dan dat ze erin zullen slagen voldoende terrein te winnen tegenover de
rechterzijde. Een paringsdans, die beperkt blijft tot de partijleidingen zal
ook niet tot een mobiliserend links eenheidsfront leiden.
Zowel het voorbeeld van de campagne van Bernie Sanders, als
hetgeen Corbyn met Labour heeft verwezenlijkt, leren ons dat er een
massabeweging nodig is om een linkse verkiezingsoverwinning te boeken. Maar het
is duidelijk dat dergelijke massabeweging, de grenzen van de partijen moet
overstijgen. Met de bestaande aanhang kom je er niet. Dat geldt voor
de sp.a maar evengoed voor Groen of voor de PvdA.
Nochtans is er hoop. Dat de gemeenteraadsverkiezingen van
2018 voorafgaan aan de nationale verkiezingen van 2019 opent perspectieven. En
wel hierom.
Naast de samenwerking, die er al in andere steden
groeit of wordt voortgezet, is het bemoedigend dat socialisten en groenen ook in
Antwerpen naar elkaar toegroeien. Een dergelijke eenheidsdynamiek is in
een meerpartijenlandschap noodzakelijk om een brede politieke basisbeweging
mogelijk te maken, die veel groter in schaal, maar ook in impact zal zijn dan
wat één partij of de optelsom van twee of zelfs drie partijen kan
verwezenlijken.
Nieuwe vormen van politieke samenwerking, die
leiden tot een hergroepering van de progressieve krachten, zullen ook divers zijn
in hun samenstelling en politieke opvattingen. Die diversiteit kan een sterkte
zijn, omdat daardoor heel veel krachten achter een gezamenlijk project kunnen
worden geschaard. Uit de diversiteit kan een werkbare synthese groeien.
Plaatselijke eenheidsinitiatieven moeten voor
hun campagne inspiratie vinden bij de organisatiemethodes die in de campagnes
van Sanders en Labour, maar ook in die van Podemos en Mélenchon werden gebruikt.
Hier zal ‘Big Organizing’ dus ook de noodzakelijke organisatorische stap zijn.
Big Organizing mikt op de
mobilisatie en de zelforganisatie van de progressieve basis. We zijn ervan
overtuigd dat er in Vlaanderen en in de andere regio’s een enorm potentieel
reservoir is van mensen die popelen om iets groots te doen door mee te werken
aan een groots project. Het gaat om duizenden vakbondsmilitanten, basiswerkers
in het sociale en culturele middenveld, sociaal bevlogen vrijwilligers,
bevlogen leden van jeugdbewegingen en actieve senioren, bij wie het oude vuur
van '68 nog brandt. Het is dat reservoir dat door zelforganisatie kan worden
aangesproken en omgesmeed tot een massabeweging. Als die massa achter een
centraal plan, met centrale doelstellingen en met gerichte acties kan worden
georganiseerd, dan heb je een veel grotere slagkracht dan wat een klassieke
partij, of een verkiezingskartel van meerdere partijen, op de been kan brengen.
Het internet speelt een
grote rol om een en ander efficiënt te organiseren, maar uiteindelijk ligt de
kracht van de beweging niet in propaganda via sociale media en dergelijke, maar
wel degelijk in het samenbrengen van mensen: op kleine schaal in basisgroepen,
en op grotere schaal in grote enthousiasmerende massabijeenkomsten, maar vooral
in het rechtstreeks communiceren met en overtuigen van mensen.
We denken dat die
basisprincipes van big organizing in de praktijk kunnen worden gebracht, als er
een eenheidsdynamiek aan voorafgaat. We denken ook dat die eenheidsdynamiek
vooral van onderuit moet groeien. Alleen op die manier wordt het
samengaan van de linkse partijen niet beperkt tot halfslachtigheid en louter
een kwestie van personen.
Aan de basis, in de vakbonden, in de oude en nieuwe sociale
bewegingen, en ook bij de gewone partijleden is er een sterke roep om politieke
eenheid van de progressieve krachten. Veel mensen zijn bereid dergelijke
eenheid te ondersteunen en wachten op een initiatief.
De
gemeenteraadsverkiezingen van 2018 geven ons de kans om plaatselijk te werken
aan dergelijke massale eenheidsbewegingen. Het is duidelijk dat er hierbij
vooral naar Antwerpen zal worden gekeken, als grootste stad van Vlaanderen,
maar ook als de stad waar de links-rechts tegenstelling het meest op de spits
is gedreven. Valt de rechterzijde in Antwerpen, dan ligt de baan open voor
overwinningen elders en later ook op grotere schaal.
Een Antwerpse campagne kan
uitlopen op een grote apotheose met een massabijeenkomst van tienduizenden
Antwerpenaars op de Zuiderdokken, zoals dat ook in het verleden al eens is
gebeurd. Dan kan de week daarop, op
verkiezingsavond, een groot overwinningsfeest op de Grote Markt worden
georganiseerd.
Plaatselijke successen, en
dan vooral ook in Antwerpen zullen duidelijk maken dat de linkse massadynamiek
ook bij de volgende regionale, nationale en Europese verkiezingen in 2019 zal
kunnen werken. En dan is alles mogelijk. Ook op nationaal vlak. Een politieke
revolutie dus.
We kijken daarbij ook met
interesse naar de evolutie in Wallonië en Brussel, waar door de crisis bij de
PS, rechts het initiatief heeft genomen. De PS moet nu ze in de oppositie is
terechtgekomen alle zeilen bijzetten om de oude gewaden af te werpen. Ook de PS
moet resoluut kiezen voor een systeemwissel. Samenwerking tussen PS, de PvdA en
de Franstalige groenen zal ook daar noodzakelijk zijn om tot de noodzakelijke
systeemwissel te komen. Als eenheidsinitiatieven in Vlaanderen lukken, kan dat
een stroomstoot geven in Brussel en Wallonië.
4. Een
radicaal programma. En zal de sp.a daarin meestappen?
Maar we hebben hierboven al duidelijk gemaakt dat het niet
alleen een kwestie van massamobilisatie is. Wat Sanders en Corbyn ook duidelijk
hebben gemaakt, is dat een radicaal programma nodig is om mensen in beweging te
zetten. Daarbij gaat het dan om een aantal strijdpunten die breken met de
neoliberale besparingsdrift en die tegelijkertijd aangeven dat een
systeemverandering mogelijk is.
Kernpunten in dergelijk programma, dat zowel sociaal als
ecologisch (of zelfs eco-socialistisch)is,
zijn onder andere eerlijke fiscaliteit,
een drastische werktijdverkorting tot 30 uur, een terugschroeven van de
lineaire verlenging van de pensioenleeftijd, een herdenken van de mobiliteit in
de richting van veel meer openbaar vervoer, versterking van de openbare diensten,
verscherping van de controle op de banken, een offensief natuurbeleid,
bescherming van kleine zelfstandigen en landbouwers tegen de grote concerns,
democratisering en vereenvoudiging van de staatsstructuur, diversiteit en
immigratie als een versterking van de samenleving promoten ….
Met dergelijke programmapunten kan je grote groepen van
mensen in gang zetten, maar maak je tegelijkertijd duidelijk dat er een grote
verkiezingsoverwinning nodig is om ze door te kunnen voeren. Het is dus iets
groots, een programma voor de toekomst, waarvan er zoveel mogelijk mensen
deelgenoot moeten worden gemaakt.
Zowel Groen als de PvdA zullen hun verantwoordelijkheid
moeten nemen. Groen zal moeten afstappen van haar geflirt met de
(links)liberale koers, die sommigen in de partijleiding willen varen en met de
partijtactiek, die de deur naar een regeringsdeelname met de rechtse partijen
wil openlaten. De PvdA moet beseffen dat
de eigen partijopbouw moet worden aangevuld met de keuze voor een constructieve
eenheidsdynamiek met sp.a en Groen waarin de partij een rol kan spelen. Vooral de sp.a zal in heel dit verhaal een
grote verantwoordelijkheid op haar schouders moeten laden, en de drijvende
kracht in het streven naar linkse eenheid worden.
Corbyn heeft bewezen dat een socialistische partij haar
aangebrande verleden kan afzweren, op voorwaarde dat een consequente linkse
koers wordt aangehouden, die definitief breekt met de collaboratie met het
neoliberalisme. Een tweede voorwaarde is
dat de partij zich niet alleen aan de top, maar vooral ook aan de basis
vernieuwt.
De sp.a heeft drie voordelen, waardoor de partij zich kan revitaliseren
en dynamiseren. Ten eerste is er het sterke historische gevoel dat er in de
partij nog steeds heerst. Alle sp.a’ers voelen aan dat de partij niet mag
verdwijnen, als links aan de macht wil komen. Twee: alhoewel dat voor vele
buitenstaanders niet duidelijk is, is de sp.a een partij met een
grote diversiteit in haar ledenbestand en ook een actieve partijbasis die in de stijl van Corbyn de partij op het linkse spoor zou kunnen zetten
zetten. Ten derde is er de historische band met de socialistische vakbeweging.
Dat laatste is belangrijk. De vakbond zit te wachten op een
politiek verlengstuk van de acties tegen het rechtse regeringsbeleid. De sp.a
is de sleutel voor dat politiek verlengstuk, op voorwaarde dat de partij kiest
voor een radicaal socialistisch programma, dat nauw aansluit bij het vakbondsprogramma
en dat er uitzicht is op linkse eenheid, een politieke massabeweging,
waarachter ook de vakbond zich eensgezind kan scharen. Ook dat laatste was een
voorwaarde voor de doorbraak van Labour in Groot Brittannië. Laat ons dat niet
vergeten.
Ten slotte, een bijkomend effect van de vernieuwing zou ook
kunnen zijn dat heel wat socialisten,
die de partij ontmoedigd de rug hebben toegekeerd, en die noodgedwongen
partijloos zijn geworden, terug worden gewonnen om zich opnieuw actief in te
zetten.
5.
Wat nu?
Alles wat hierboven staat, blijft wishful thinking als we nu
niet de hand aan de ploeg slaan. Zowel de politieke strategie als het radicaal
programma voor een progressieve eenheidsbeweging moeten nog volledig worden
uitgewerkt. Dat is een zaak, die zoals gezegd niet louter aan de partijleidingen
kan worden overgelaten.
Veel zal van onderuit moeten groeien. Daarom willen we
beginnen met een forum van partijleden en syndicalisten, dat los van de
partijleiding nadenkt over strategie en programma. In een tweede fase kan dat
forum dan worden omgevormd tot een basisbeweging, die mede de ruggengraat vormt
van de komende eenheidscampagnes.
Het einddoel dat die basisbeweging voor ogen moet staan is
een politieke revolutie in Vlaanderen en België. Eerst een Jeremy Sanders in
het stadhuis van Antwerpen, daarna Bernie Corbyn, premier van de Belgische
regering.
Het kan, het moet!
[1] BECKY BOND, ZACH EXLEY, Rules for
Revolutionaries:
How Big Organizing Can Change Everything,
2016
Geen opmerkingen:
Een reactie posten