donderdag 16 maart 2017

Proeve van een manifest voor nieuwe tijden


De oude wereld is aan het sterven en de nieuwe is nog niet geboren

Of: Een denkoefening voor de toekomst van Links

 

Een wereldwijde kentering

1.     Het kapitalistische economische wereldsysteem botst meer en meer op zijn limieten: het put de aarde in steeds sneller tempo uit en het verscheurt samenlevingen over de gehele wereld.  De diepgaande crisis die zich op wereldvlak vertoont wijst op een historische kentering, die grote uitdagingen stelt. De neoliberale recepten,  onder het motto “er is geen alternatief”, geven geen antwoord op die uitdagingen. Integendeel, de toepassing van die recepten diept de crisis verder uit.

 

2.     Het is hoog tijd dat wordt duidelijk gemaakt dat er wel degelijk een alternatieve aanpak mogelijk is.  Alhoewel op dit ogenblik de tekenen niet goed zijn, moet de hoop standhouden dat we een nieuwe mondiale samenleving kunnen opbouwen, die tegelijkertijd meer rechtvaardig is dan degene die we nu kennen en er voor zorgt dat de aarde op een duurzame ecologische manier wordt beheerd.

 

3.     Om dat te bereiken, moeten de progressieve krachten zich hier en elders in de wereld verenigen achter een maatschappelijk project dat een nieuwe wereld vorm geeft. Dat project moet een antwoord bieden op de chaos, die op dit ogenblik leidt tot ecologische rampen, oorlogen, ongecontroleerde migratiestromen, steeds grotere ongelijkheid en steeds grotere morele ontreddering.

 

4.     Enkel een hoopvol project, dat klaar en duidelijk stelt dat we aan een nieuwe duurzame en meer egalitaire samenleving moeten werken, zal in staat zijn een beweging op gang te brengen, die sterk genoeg is om een betere wereld te verwezenlijken.

 

Een duurzame economie

 

5.     Een economisch systeem, dat wordt beheerst door het winstprincipe en door de macht van het grote geld, moet worden vervangen door een systeem dat in de eerste plaats tegemoet komt aan de echte behoeften, die nodig zijn voor een menswaardig bestaan. Dat wil zeggen dat economische groei niet kan worden afgemeten aan de winst die wordt gegenereerd, maar aan bijdrage die geproduceerde goederen leveren  voor het verbeteren van het leven van de mensen, waarbij tegelijkertijd rekening wordt gehouden met de ecologische voetafdruk.

 

 

6.     De kern van de economie moet zich verplaatsen van de grote geldconcerns en multinationale oligopolies, naar nieuwe vormen van productie, gebaseerd op samenwerking en coöperatie. Daarin zullen kleine ondernemingen, coöperatieven en zelfstandige werkers een grotere rol spelen, dan nu het geval is. Medezeggenschap van alle medewerkers is noodzakelijk om samenwerking  op een goede manier te laten verlopen.

 

7.     De mogelijkheden die de technologische evolutie biedt moeten ten volle worden gebruikt voor een kwalitatieve verbetering van het productieproces zelf en van hetgeen wordt geproduceerd. Dat wil zeggen dat volop in innovatie en technologie moet worden geïnvesteerd, met als doel het creëren van goederen en diensten met een maatschappelijke nutswaarde.

 

8.     Innovatie moet ertoe leiden dat zowel productie als consumptie zodanig duurzaam worden, dat de roofbouw op natuurlijke rijkdommen plaats ruimt voor kringloopeconomie. Bovendien moet in dat licht werk worden gemaakt van een georganiseerde deeleconomie, die niet gericht is op het verkopen van produkten, maar op delen en hergebruiken.

 

9.     Veel maatschappelijke rijkdom is gemeenschappelijk bezit of commons, en moet ook als dusdanig worden beschouwd. Dat betekent dat het geen voorwerp mag worden van winstbejag. Dat betekent ook dat er een einde moet komen aan de privatiseringsgolf van de producenten van noodzakelijke dienstverlening en dat reeds geprivatiseerde activiteiten opnieuw in handen van de gemeenschap komen. Dergelijke gemeenschapsdiensten moeten functioneren onder democratische controle van werknemers en gebruikers.

 

Een rechtvaardige samenleving

 

10.  Een economie die niet langer draait op het nastreven van winst, moet ervoor zorgen dat de voortgebrachte rijkdom op een eerlijke manier wordt verdeeld. Dat wil in de eerste plaats zeggen dat de breedste schouders de zwaarste lasten moeten dragen. Daarom is er een belasting op inkomsten uit vermogens nodig en moet er meer progressiviteit op de personenbelasting komen. Daarnaast moet een solidair stelsel van sociale zekerheid op hetzelfde principe worden gestoeld: de breedste schouders dragen het meest toe aan het systeem.

 

11.  Arbeid moet op een zodanige manier worden georganiseerd, dat de werknemers zich erdoor kunnen ontplooien. Dat houdt ook in dat arbeid en persoonlijk leven op elkaar afgestemd zijn en dat de arbeid in gezonde en veilige omstandigheden verloopt, vrij van ziekmakende fysieke en psychische belasting. De omslag naar een kortere werkweek met behoud van inkomen zal zowel het individueel geluk als het maatschappelijk welzijn ten goede komen. De mogelijkheden die de technologie daartoe biedt moeten daarvoor volop worden gebruikt. Technologische vernieuwing in het arbeidsproces mag niet alleen de motor van efficiëntie zijn, maar ook moet ook bijdragen tot betere werkomstandigheden.

 

12.  Degenen die zich met hun arbeid inzetten voor maatschappelijke taken die onmisbaar zijn voor een goed functionerende samenleving (zoals zorgverleners, onderwijsverstrekkers, openbare diensten) moeten rechtvaardiger verloond worden, dan zoals het nu in deze dolgedraaide winstgedreven samenleving het geval is. Hun functie en bijdrage is van onschatbare waarde en dat moet zich ook vertalen in de verloning

 

13.  Het basisinkomen van iedereen moet worden gegarandeerd. Niemand mag in armoede vervallen wegens te lage uitkeringen.

 

 

Stad, platteland en open ruimte

 

14.  Iedereen heeft het recht  in een leefbare omgeving te wonen. Om dat mogelijk te maken, moet er onmiddellijk werk worden gemaakt van het verbeteren van de leefkwaliteit in de steden, het bewaren van de groene open ruimte en duurzame mobiliteit.

 

15.  De stad ontwikkelt zich wereldwijd steeds meer als de plaats waar samenleven in diversiteit vorm krijgt. Daarom moet er voor alle stedelijk gebieden een geïntegreerd project komen waarin sociale innovatie, de nieuwe economie en de openbare dienstverlening voor een volledige regio, hun plaats hebben. Dat moet ook een intercultureel project  zijn, dat zorgt voor de samenlevingsopbouw die een positieve dynamiek aan diversiteit geeft. Leefbare steden investeren in betaalbaar wonen voor iedereen, terugdringen van de verontreiniging door luchtvervuiling en fijn stof, betaalbare en aantrekkelijke publieke voorzieningen.

 

16.  Een leefbare stad veronderstelt een groene rand. Steden kunnen zich niet langer onplanmatig als olievlekken uitbreiden. Groene openbare ruimte moet gegarandeerd worden om een gehele regio leefbaar te houden. Naast een project voor de stad, moet er ook een project voor de peri-urbane zones en het platteland komen, waarin wonen, open ruimte, landbouw en een kleine maakindustrie worden geïntegreerd.

 

17.  Industriële productie heeft een ecologische planning nodig, met respect voor de kwaliteit van arbeid en leefomgeving. De ongebreidelde groei van de logistieke bedrijvigheid moet worden vervangen door de ontwikkeling van tri-modale transportvoorzieningen (waterwegen-spoor en pas in derde instantie, voor korte afstanden, vrachtvervoer).

 

18.  De mobiliteit van en naar de stad, maar ook binnen de steden zelf moet gegarandeerd worden. Dat kan niet langer door de wildgroei van  geïndivualiseerd autoverkeer. Er moet een massale verschuiving komen naar gemeenschappelijk vervoer. Daarbij moet ook sterk worden geïnvesteerd in innovatieve vervoersmodi (zoals voorstadsnetten en fijnmazig openbaar vervoer).

 

 

Onderwijs en cultuur als motor van samenlevingsopbouw

 

19.  Onderwijs moet iedereen gelijke kansen geven tot zelfontplooing. Naast het aanleren van vaardigheden, die naar beroepsbezigheden leiden, moet het onderwijs ook een leerschool voor samenleven zijn, waarbij het aanleren van culturele vaardigheden een grotere rol gaat spelen.

 

20.  Daarmee is de basis gelegd voor participatie aan cultuur als belangrijkste kracht om mensen samen te brengen en ze een gemeenschap te laten vormen.

 

21.  Alle vormen van cultuurexpressie moeten zich onafhankelijk kunnen ontwikkelen. Artiesten en andere cultuurproducenten moeten de middelen en het inkomen krijgen zodat ze hun belangrijke maatschappelijke rol als vormgevers van een rijke en samenhorige samenleving kunnen spelen.

 

Diversiteit is rijkdom

 

22.  We verwerpen het idee van een etnische homogene natie-staat, als een niet werkbaar overblijfsel uit het verleden. Diversiteit, dat is het samenleven van mensen van eender welke afkomst, geloof, religie of cultuur, is de onvermijdelijke vorm van samenleven in de nieuwe wereld.

 

23.  Diversiteit en uitwisseling zijn noodzakelijk voor de verrijking van de gehele samenleving, maar ook van de individuele mens, die met mensen met een andere achtergrond samenleeft. Het overtuigen van onze eigen bevolking van de onvermijdelijkheid van de diversiteit, maar ook van de verrijking van de samenleving die de diversiteit met zich meebrengt, moet centraal staan in ons handelen. Het is een absolute voorwaarde om een project voor een nieuwe samenleving te laten slagen

 

24.  Om een diverse samenleving mogelijk te maken zijn twee zaken nodig: het bannen van elke vorm van discriminatie en het opstellen van een gezamenlijke sokkel van waarden, die voor iedereen in gelijke mate gelden. Die waarden worden niet van bovenaf opgelegd, maar zijn het product van een democratisch proces, waardoor er een algemeen draagvlak ontstaat. Ze worden vertaald in een normenstelsel, dat in afdwingbare regels wordt gegoten.

 

Internationalisme en een sociaal Europa

25.  Onze beweging is een internationalistische beweging. Het opkomen voor een sociaal rechtvaardige en duurzame samenleving kan zich niet beperken tot onze direkte lokale, regionale of nationale omgeving, maar moet een wereldwijde vertaling krijgen.

 

26.  Alle bestaande internationale afspraken en verdragen inzake de mensenrechten, waaronder de verdragen inzake vluchtelingen en asiel moeten onverkort worden behouden en gerespecteerd.

 

27.  In het Midden-Oosten heeft het inzetten op regime-verandering, met bijbehorende militaire interventies, gezorgd voor meer leed, miserie en oorlog. De toenemende spanningen tussen de VS en Rusland en China zijn ten zeerste verontrustend. Er is nood aan samenwerking in plaats van polarisatie. De wereldvrede komt in het gedrang wanneer de wapenfabrikanten samenspannen met nationale elites en de financiële oligarchiën. De NAVO is een product van de vorige eeuw en wordt het best ontmanteld. De Verenigde Naties hebben behoefte aan een polyvalente humanitaire interventiemacht waarover geen enkele grootmacht controle kan verwerven.

 

28.  Aan een ongecontroleerde migratie kan slechts een einde worden gemaakt als sociale ongelijkheid en discriminaties worden weggewerkt. Dat betekent dat werknemers overal ter wereld een menswaardig leven moeten kunnen leiden. Er moet zo snel mogelijk werk worden gemaakt van wereldwijde gelijkberechtiging van alle werkers, zowel op het vlak van inkomen als op het vlak van werkomstandigheden.

 

29.  De Europese Unie is verworden tot de drijvende kracht van deregulering en ongebreideld liberalisme en treedt op als vertegenwoordiger van de financiële oligarchie. Er moet werk worden gemaakt van een ‘ander Europa’, met een gemeenschappelijk sociale zekerheid en een opwaarste sociale convergentie, zodat alvast op Europees niveau de burgers dezelfde sociale bescherming krijgen. Als de Europese Unie uitbreidt of als er landen beslissen de unie te verlaten, dan  mag dat er niet toe leiden dat de sociale rechten van de burgers in worden aangetast. Er moet snel een systeem van democratische controle komen op supranationale instellingen zoals de Europese Centrale Bank.

 

30.  Internationale handelsverdragen, die op een niet transparante manier de globale vrijhandel dereguleren, met grote sociale gevolgen, moeten worden vervangen door internationale afspraken, die de wereldwijde handel op een eerlijke en duurzame manier organiseren.

 

De politieke prioriteiten

31.  De nachtmerrie van een doorbraak van uiterst-rechts populisme waart door de westerse wereld. Niet zelden wordt dat populisme openlijk gesteund door machtige financiële groepen. Het maakt voor eigen gewin, en voor instandhouding van de economische status quo misbruik van de gerechtvaardigde bezorgdheid voor de toekomst van grote groepen van mensen. Het aanwijzen van zondebokken, als reden van de maatschappelijke achteruitgang, is op dit ogenblik één van de belangrijkste politieke problemen, waarmee de progressieve beweging wordt geconfronteerd. De strijd hiertegen moet zeer ingrijpend worden aangepakt.

 

32.  Om de doorbraak van rechts terug te dringen, is het absoluut nodig dat alle progressieve krachten er in slagen om samen een geloofwaardig alternatief uit te werken, dat op korte termijn de meerderheid van de bevolking achter zich krijgt. Alles moet in het werk worden gesteld om tot die eenheid te komen.

 

33.  De onderstroom van wat “het kleine verzet” wordt genoemd, de talrijke kleinschalige initiatieven van lokale acties, geeft het alternatief dat we nastreven nu al gestalte. Steeds meer mensen willen alle mogelijkheden benutten om anders te produceren en te consumeren, om anders te leven. Hiermee wordt dagelijks concreet  vorm gegeven aan waarden van solidariteit, gelijkheid en duurzaamheid. Deze andere wereld die in de praktijk aan het groeien is, moet uitgroeien tot een macht die in staat is maastschappelijke veranderingen te verankeren.

 

34.  Tegelijkertijd met een modernisering van de bestaande instellingen van de representatieve democratie moeten de initiatieven van de burgerdemocratie dan ook verder ontwikkeld worden. We zijn ervan overtuigd dat een meer democratische samenleving slechts mogelijk is als de burgers rechtstreekse inspraak verwerven in de manier waarop hun samenleven wordt georganiseerd. Meer dan in politieke partijen of gesloten cenakels van de macht, zit de kennis en expertise in de samenleving: burgers zijn de eerste ervaringsdeskundigen. Daarom moeten zij het woord krijgen, zodat ze medespelers worden in het tot stand komen van het beleid. Op die manier wordt de democratie heroverd: burgers moeten op alle niveaus kunnen meebeslissen over wat hen aanbelangt.

 

35.  Om de geloofwaardigheid van politieke mordernisering te garanderen moet er een charter van eerlijke écht democratische politiek wordt opgesteld, waarin wordt vastgelegd op welke manier degenen die worden verkozen op basis van ons maatschappelijk project, hun mandaat zullen uitvoeren. Daarin moet onder andere ook voorzien worden in een procedure voor het afleggen van verantwoording  en eventueel van afzetting en vervanging, als het functioneren als mandataris niet voldoet.

 

36.  Een project voor meer duurzaamheid, meer gelijkheid en meer democratie moet niet alleen vertaald worden in grote en kleine maatschappelijke acties, maar ook in een duidelijk plan voor eenheid en samenwerking voor de komende verkiezingen op plaatselijk en landelijk niveau.

 

 

DE KOERS VAN CONNER De twijfels van een langjarig partijlid

Dit blogbericht is een herwerkte versie van een bijdrage die in mei 2023 online werd gepubliceerd op de website  www.sampol.be  in de aanloo...