dinsdag 20 augustus 2019

Het belang van rode tong en klauwen

De discussie over een vlag waarin een leeuw al dan niet een rode tong en rode klauwen moet hebben, gaat over een Vlaanderen dat wil verbinden of een Vlaanderen waar verdeeldheid wordt geïnstitutionaliseerd.
Al in 1973 bepaalde een decreet van de Cultuurraad van de Nederlandse Cultuurgemeenschap, de voorloper van het Vlaams Parlement, dat de Vlaamse leeuw symbool zou staan voor de pas verworven Vlaamse culturele autonomie. Dat gebeurde op initiatief van de Volksunie met de indiening van een voorstel van decreet door de VU’er Evrard Raskin.
Over wapen, volkslied en nationale feestdag was men het snel eens, maar de discussie over de officiële Vlaamse vlag had meer voeten in de aarde. Raskin had zelf voorgesteld de volledig zwarte leeuw op een gele achtergrond als Vlaamse vlag te verkiezen, met als argument dat dit altijd de vlag van de Vlaamse ontvoogdingsstrijd was geweest. Maar daar waren een aantal fracties het niet mee eens.
De bespreking in de plenaire vergadering van de Cultuurraad op 22 mei 1973, meer dan een jaar nadat het voorstel was ingediend, geeft meer duidelijkheid over de politieke krachtsverhoudingen in deze kwestie. Socialisten en liberalen verzetten zich tegen de volledig zwarte leeuw, precies omdat die symbool stond voor de Vlaamse beweging, waar ze in se geen of weinig voeling mee hadden. Met een vlag met een rood getongde en geklauwde leeuw, waar ook heraldische argumenten voor aan te voeren waren, konden ze wel instemmen.
De Volksunie-fractie, die toen 31 leden telde, stemde tegen het decreetsartikel over de vlag. Ze zouden zich daarna ook onthouden bij de eindstemming over het volledige decreet. Alle andere partijen stemden voor. De vlag met de rood getongde en geklauwde leeuw is sindsdien de officiële Vlaamse vlag. Elf juli werd de nationale feestdag en de Vlaamse Leeuw het officiële volkslied.

GEEN NIEUWE DISCUSSIE

In 1988, 1990 en 1996 werd het oorspronkelijke decreet nog enkele keren aangepast, maar de vlag met de rode tong en klauwen werd nooit ter discussie gesteld. Zelfs het Vlaams Blok, dat in 1996 ruim vertegenwoordigd was in het Vlaams Parlement, voelde zich niet geroepen om de discussie te heropenen. Men kon er dan ook van uitgaan dat er over de officiële Vlaamse vlag een definitieve consensus was.
Toen de inmiddels ter ziele gegane vereniging Vlaanderen Vlagt onder andere bij wielerwedstrijden begon met het massaal uitdelen van vlaggen met een volledig zwarte leeuw viel het de meeste mensen waarschijnlijk niet eens op dat het niet om de echte Vlaamse vlag ging. Maar er zat wel degelijk een bedoeling achter: deze niet-officiële vlag was een duidelijk statement van een deel van de Vlaamse beweging dat zich verzet tegen het geïnstitutionaliseerde Vlaanderen, zoals het ontstaan is na zes staatshervormingen.
In dat concert speelt ook de N-VA mee. Haar schijnbare afwijzing van de officiële Vlaamse vlag, als symbool van alle Vlamingen, en het krampachtig vasthouden aan de ‘strijdvlag’ is een anachronisme, waarbij wordt voorbijgegaan aan het feit dat het aanvaarden van de Vlaamse leeuwenvlag als symbool van het autonome Vlaanderen destijds al een grote politieke overwinning was voor de toen nog altijd minoritaire politieke Vlaamse beweging. Die houding plaatst de partij, die de belangrijkste erfgenaam is van de historische Vlaamse beweging, de facto buiten het verbindende project dat Vlaanderen steeds had moeten zijn.

VLAAMSE NATIEVORMING

De startnota van de Vlaamse formatiebesprekingen vertrekt vanuit de ambitie om aan natievorming te doen door een Vlaamse identiteit te construeren. Er mag verondersteld worden dat aan die beoogde natievorming eerder verbindende dan verdelende symbolen verbonden zijn. 
Het is dan ook ironisch te moeten vaststellen dat de partij die het voortouw in die natievorming wil nemen blijkbaar de strijd heeft aangebonden met de vlag die al 45 jaar algemeen aanvaard wordt als dundoek van de Vlaamse deelstaat. 
Dat er ondertussen ook alsmaar meer een tegenreactie komt en dat een steeds grotere groep een grote hekel begint te krijgen aan welk Vlaams symbool dan ook, maakt elk natievormend project problematisch. 
Wat is het alternatief als er geen consensus meer is over Vlaamse autonomie? Het kan toch niet de bedoeling zijn Vlaamse identiteit of natievorming op een dwingende en repressieve manier van bovenaf op te leggen. De geschiedenis toont overvloedig aan dat dat niet de juiste weg is. Het spoort immers niet met het vrijheidslievende karakter van de grote meerderheid van de Vlaamse burgers, wat ook hun afkomst en achtergrond mag zijn. 
Als het de N-VA echt menens is met een verbindend Vlaams project, dan aanvaardt ze het best de Vlaamse symbolen waarover iedereen het eens is en zweert ze die strijdvlag af.
Deze tekst verscheen als opiniestuk in De Morgen van 20 augustus 2019

Geen opmerkingen:

DE KOERS VAN CONNER De twijfels van een langjarig partijlid

Dit blogbericht is een herwerkte versie van een bijdrage die in mei 2023 online werd gepubliceerd op de website  www.sampol.be  in de aanloo...